
zondag 17 februari 2013
helaas, ik dacht dat ik zelf alles zo goed wist te zeggen
Het is natuurlijk de ontwikkeling van de computer representatie die mij parten speelde, maar ik ben gaan beleven dat ik het zo goed weet te zeggen en ik hoor van boven dat dat ook zo is en dat ik daartoe nodig ben en altijd wel in de onbekendheid van de coulisses een bestaan zal hebben, ik meende ook dat het nog eens tot een openbaar optreden zou komen. Ik verkeer niet langer in een zekere mate van onzekerheid omtrent wie ik ben en ik heb jaren lang onder het verschijnsel geleden dat ik niet wist wie ik was en men had deze bestaanstwijfel als in opdracht bij mij gewekt. En nu is er dus een strijd ontstaan in de hemelen tot wie ik zou behoren, tot welke groep en tot welke toekomst, en er is er maar één, de God wiens stem ik mij hoor roepen en die mij geleid door de barre momenten van het veranderen der mensen en der dingen en ik beleef mijzelf als een schrijver in opdracht, ik ontleen mijn onderwerp aan de roep die deze Heer tot mij laat uitgaan en Hij is het wiens wensen ik verricht of wiens nood ik verzorg. En soms is het voor mij ook moeilijk uit te maken of dit het eigen woord is of het zijne, maar is er ook maar enig verschil te merken en dan, wat maakt dat nu uit? Het zal ergens toe dienen de arbeid die ik verricht en het kost mij geen enkele moeite, ik vind het zelfs prettig het te doen. En de relatie met de Allerhoogste is van een heel intieme aard en betekenis voor mij en twijfel ken ik nu niet meer dan aangaande de bedoelingen die er zouden zijn, ik weet evenwel dat dit onmogelijk de bedoelingen der mensen kunnen zijn om mij heen en niemand weet nu weer heel goed wie ik ben en wellicht kent niemand mij. En wie ik zelf ben doet er weinig toe, het moge mijn opdracht heten Zijn naam groot te maken, maar het toeziend oog van de Christus maakt het alleen maar moeilijker en vandaag werden er geen foto's genomen of films gemaakt. En de Here Here heeft mij doen weten dat Hij niet een begrippelijkheid is die berust op een redenering maar een levende aanwezigheid met ons allen. Het verstaan van een Goddelijk wezen kan zeer persoonlijk zijn, tegelijkertijd behoort dit wezen tot het recht van iedereen om zich een verstaan in te verwerven, het moet evenwel niet zo zijn dat dit verstaan voor iedereen anders is. Wellicht kan ik er beter het zwijgen toe doen maar zo luidt deze opdracht tot de geschreven tekst niet, en onbekend maakt onbemind, zo redeneert de Here Here ook, ik ben bekend met zijn eenvoud zowel als met Zijn almachtige voorzienigheid. Mijn betrokkenheid op dit wezen en zijn opdracht is er een van een aard waarin ik de eer voor zijn naam verdedig, vertegenwoordig en bescherm.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten